Notes |
['Journalist: Mr. A.P. de L.\n\npositive on translation, negative on the choosing of the title.\n\n[p.196]\n“Verleden en Heden. Een togt langs de kusten van de\nZuiderzee, door Henry Havard. Uit het fransch door\nMejufvrouw S. M. Campbell, met een woord vooraf van\nBr. Jan ten Brink en een naschrift van Mrd. Cohen Stuurt,\nmet tien platen. Haarlem, J. M. Schalekamp.\n\nWat is een naam? Alles of niets; een klank, een woord, of ook\nde moeilijk verworven schat van den gerechte. Al naar men \'t nemen\nwil. Mej. S. M. Campbell neemt het blijkbaar heel licht. Voor\nhaar is een naam, een naam, bonnet blanc, blanc bonnet. Als deze\ndame een jong mensch, voor wien zijn vader het romantische Arthur\nof het beteekenisvolle Dieu-donné heeft uitgekozen, in een salon\nbrengt, verbiedt haar geweten haar niet, den jongeling als Jantje\nof Pietje te presenteeren. Misschien dat er vaders zijn, die hunne\nkinderen liefst zonder verdooping door de wereld hadden zien gaan,\nen eigenliefde genoeg hebben om Dieudonné beter te blijven vind\n\nBIBLIOGKAPHISCH ALBUM. 197\nden dan Pietje, \'t Zou ons niet verwonderen, als Henry Havard\nzulk een vader was, en alle dankbaarheid, die hij voor de in \'t algemeen\nzeer goede vertaling van zijne "Villes mortes" gevoelen\nmoet, onvoldoende bleek om de naamsverwisseling te vergeven, die\nvan zijn gelukkig gekozen "Doode steden" het nietszeggend "Verleden\nen Heden" heeft gemaakt.\nDe billijkheid dwingt ons echter tot de erkenning, dat dames\nnatuurlijkerwijze het verwisselen van naam uit een geheel ander\noogpunt beschouwen dan wij. Voor haar heeft het denkbeeld iets,\ndat visioenen oproept van kransen en sluijers, van bloemen en bruidsmeisjes;\nvoor de verbeelding van ons, mannen, doemen bij die\nvoorstelling slechts onbestelde brieven, verkeerd bezorgde pakjes en\nvergissingen van allerlei aard op.\nVooral wanneer men onder een goeden, eerlijken naam zijne plaats\ngewonnen en zijn weg onder de menschen gevonden heeft, moet\nhet bijzonder onaangenaam zijn op een goeden morgen wakker te\nworden met het bewustzijn, dat men nu een naam draagt, waaronder\nvriend noch vijand u kent, een naam waarbij het publiek\ndenkt aan iedereen behalve aan u.\nZulk een goeden naam heeft zich Havard\'s verdienstelijk boek in\nkorten tijd gewonnen. Algemeen heeft het sympathie gevonden,\nmet buitengewone eenstemmigheid heeft de kritiek de nageltjes onder\nde fluweelen pootjes ingetrokken. In den besten zin des woords\nis het populair geworden, het is — en iedereen weet wat dat in\nNederland zeggen wil! — niet uitsluitend door leesgezelschappen\ngekocht en verbreid geworden. Mej. Campbell heeft het in een\nHollandsch kleed gestoken, en het verdiende de zorg, die de vertaalster\naan haar werk heeft besteed. Maar had nu hare piëteit\nnog niet eene schrede verder moeten gaan, zoo ver, dat zij het boek\nden naam liet behouden, waaronder het zoo vele en warme vrienden\nheeft verworven?”\n\n(credits:De Digitale Gids, www.arik.nl (non-OCRed scans of original pages))']
|