Notes |
['(Via scriptie Francien Petiet, UvA, 2002 – jws 11 05)\nart. on dutch translation\n\nPetiet, Van geniën spreken wij niet:\n[aa]\n"[...] Voordat de criticus ingaat op het werk van Bremer deelt hij eerst iets mee ‘Wij zien het meer en meer, ook zonder dat wij buiten de grenzen onzes lands treden, dat in onze dagen enkele vrouwen hier en elders optreden, die waarlijk in den door haar gekozen letterkundigen kring, waarin zij zich bewegen, het andere geslacht in vele opzigten overtreffen en in andere weer waardiglijk ter zijde staan. Den letterminnaar zijn de namen niet vreemd dier vrouwelijke vernuften, die in ons vaderland, in Engeland, Duitschland, Frankrijk,\n[bb]\nzich eenen blijvenden roem door hunne, in hun eigen land met geestdrift gezochte en in andere met gretigheid overgezette, werken verworven hebben, en wij willen daarom geene namen noemen, om niet welligt eene enkele onwillekeurig over het hoofd te zien, die evenzeer, als priesteres der muzen, zich waardiglijk kennen doet, en daarom ook niet vergeten zou mogen worden. Doch waartoe zou die vermelding ook behoeven? Derzelver namen zijn reeds sedert lang bij het beschaafd publiek een waarborg voor de voortreffelijkheid van eenig nieuw uitkomend werk, waar zij die er voor geplaatst vinden, en tevens eene aanwijzing van het genre, waarin hetzelve geschreven is.’ (524) [...]"\n\n[Also in WvdB data. AvB, 8 mei 2008] Zeer uitgebreide, lovende recensie.']
|