| Notes |
['Negative about the novel.\n\nNop Maas about Wolfgang van der Mey: `... die de plaats van de vrouw eerder aan het fornuis acht dan in de universitaire collegebanken\' (p. 349)\n\n`... de strekking van deze roman is, dat de vrouw niet alleen voor het huwelijk opgevoed moet worden, maar dat ze een degelijke opleiding moet krijgen, opdat ze in haar eigen levensonderhoud kan voorzien. Dit wordt gedemonstreerd aan Hilda, de titelfiguur die eerst een oppervlakkig society-leven leidt, aan de vrouwelijke arts met wie ze bevriend raakt en aan een aantal andere vrouwen, die allen "den een of anderen maatschappelijke toestand incarneeren", zoals Wolfgang opmerkt in een wat spottend lijkende bespreking van de roman. Talrijke recensies, brochures en debatavonden worden aan Hilda gewijd, ook in verband met de nationale tentoonstelling van vrouwenarbeid, die in 1898 in Den Haag, mede onder auspiciën van Cecile Goekoop wordt gehouden.\' (Ibid., p. 349)']
|