Notes |
['[p.150]\n"Juliana Cornelia de Lannoy trad in 1767 op met Leo de Groote 1) , waarvan het onderwerp eene onzinnige hofintrige is; de verwikkeling van het treurspel gelijkt eenigszins op die van Corneille\'s Cinna 2) en van de Beon van Van Steenwyk, dat kort te voren was opgevoerd. Het stuk speelt in de 5de eeuw aan het Byzantijnsche, [...]\n\n 1) Herdrukt in 1808.\n 2) Vgl. Dr. C. van Schoonneveldt, t.a.p., blz. 74-79."\n\np. 274: het stuk bracht in 1767-1768 f.938 gulden op\n\n[p.278]\n"Leo de Groote (1767) van Jonkvr. De Lannoy werd geprezen 8) , maar \n \n 8) T.a.p., No. 4564, 4566. \n\n[p. 279]\nhare Cleopatra (1776) werd aangevallen en verdedigd 1) , terwijl hare Belegering van Haarlem (1770) ook heel wat pennen in beweging bracht 2) . \n\n1) T.a.p., No. 1400-1402.\n2) T.a.p., No. 778-782."']
|