*Mention in Art. in De Gids ARTICLE

Title *Mention in Art. in De Gids
Is same as work *Mention in Art. in De Gids
Part of work
Author Gerrit Kalff
Reference
Place
Date 1887
Quotation
Type ARTICLE
VIAF
Notes ['[p.459]\n“Heeft Dickens de herinneringen aan zijne eigene jeugd in waarheid\nen verdichting verwerkt tot de geschiedenis van David\nCopperfield, George Eliot bleef niet bij hem achter, toen zij\nbij de schildering der kleine Maggie Tulliver zich de heugenissen\nvan hare kindsheid weer voor den geest riep ; toen zij eene\nzoo voortreffelijke schildering gaf van het wilde, onhandige\nkind met de donkere oogen en de woeste haren, met den onverzadelijken\nleeslust, met het kinderlijk ontzag voor den\nouderen broeder, met haar onstuimig karakter en haar warm\nhart. Niet te verwonderen is het, dat deze schildering van een\nkinderleven, die in waarheid en frischheid hare wedergade niet\nvindt, haar ontstaan dankt aan de hand eener vrouw. Beter\ntoch dan de man is de vrouw in staat, kinderen te leeren\nkennen en, bij genoegzaam talent, ook af te beelden. Wie zal\nhet niet toegeven, die genoten heeft van die voortreffelijke\nschetsen uit de kinderwereld, welke Elorence Montgomery schreef\nonder den titel: //Misunderstood." Geen man, tenzij hij Dickens\nof Hawthorne heette, zou in staat zijn ons een beeld te geven\nals dat van den kleinen Humphrey, het kind, dat door zijne\nomgeving niet begrepen wordt; zou gesprekken kunnen\nafluisteren, als die, welke tusschen Humphrey en zijn broertje\ngevoerd worden.\nEene derde vrouw mag aan dit tweetal worden toegevoegd :\nde Amerikaansclie schrijfster Harriet Beecher-Stowe. In het\nvurig protest tegen de slavernij, dat onder den naam //Uncle\nTom\'s Cabin* beroemd is geworden, doet zij de tegenstelling\ntusschen het blanke en het zwarte ras op nieuw uitkomen,\nals zij Evangeline schildert in hare ontmoeting met Topsy.\nTer eene zijde het aristocratische kind, bijna aetherisch schoon,\nmet golvend, goudbruin haar en diepe, droomerige, violetblauwe\noogen, bevallig in hare bewegingen en vorstelijk van houding —\nter andere het kleine gitzwarte negermeisje, een type van haar\nras, met wollig in staartjes gevlochten haar, met ronde, glinsterende,\nrustelooze oogen, eene armezondaarstrek op het sluwe,\nzonderlinge gelaat, gekleed in lompen en met deemoedig gevouwen\nhanden. Zoo staan zij tegenover elkander, de eene :\nvertegenwoordigster van eeuwen van beschaving, heerschappij,\nlichamelijke en geestelijke meerderheid — de andere geboren\nuit eeuwen van onderdrukking en slavernij, van harden arbeid,\nvan onzedelijkheid en onkunde.\n\n460 HET KIND IN DE LETTEBKUNDE.\nMoge er al iets overdrevens zijn in de wijze, waarop Evangeline\nde kleine slavin voor zich weet te winnen en haar tracht\nte ontwikkelen en te verbeteren, — niemand zal Topsy van\noverdrevenheid beschuldigen, waar zij na den dood harer kleine\nmeesteres met een pas ontloken rozeknop in de hand het\ndoodbed nadert en de bloem aan het voeteneind legt en wil\nheengaan, maar dan plotseling zich naast het bed op den\ngrond werpt, in woeste smart weeklagend en snikkend om het\nverlies der eenige, die haar liefhad.”\n\n(credits:De Digitale Gids, www.arik.nl (non-OCRed scans of original pages))']
In this reception

No persons found

Via received works
The Mill on the Floss George Eliot